BE CH GE IN KR LE WI ZI
12 10 2 -5 -5 22 8 12

CN CO LT ME RO ST ER
10 20 10 10 4 1 6

Metabolisme -3
Duimloos 1
Instinct
Omvang 6 (klein)
Stemloos 1
Vlucht 4
Ga naar omschrijving van opties.

Zwaluw

Zwaluwen zijn direct te herkennen aan hun zeer gestroomlijnde gestalte. Ook de kop gaat vloeiend in het lichaam over.
De vleugels zijn lang en puntig, terwijl de staart eveneens lang is en al dan niet gevorkt. De vlucht is uitermate sierlijk en flitsend. Dat is nodig om op een warme zomerdag insecten te vangen. Insecten passen hun gedrag en de snelheid van hun vlucht aan hun lichaamstemperatuur aan. Hun lichaamstemperatuur is gelijk aan deze van hun omgeving. Zo worden deze prooidieren van de zwaluwen op zonovergoten dagen actiever. Die verhoogde activiteit stelt hoge eisen aan het vliegvermogen van de zwaluwen. Het schijnt zo te zijn dat de stabiliteit van de lucht samenhangt met de hoogte van de vlucht van de insecten. Bij mooi weer vliegen insecten hoger dan bij naderend onweer. Men zegt daarom wel dat hoe lager de zwaluwen vliegen, hoe dichter de insecten bij de grond blijven, hoe groter de kans op slecht weer is.
Zwaluwen zijn niet schuw en broeden af en toe onder het dak van boerderijen. Er zijn meerdere soorten (boerenzwaluw, huiszwaluw, gierzwaluw) welke allen aan bovenstaand profiel voldoen.