De vlucht naar het noorden
De kapitein van het schip is niet zo maar bereid zich neer te legen bij het feit dat er de volgende dag gevochten zal moeten worden. Dat is slecht voor zijn schip en zijn personeel, dan niet kan vechten.
Zeilen kunnen ze wel. En hoe. De kapitein past in de nacht de tuigage van het schip aan zodat hij zo scherp mogelijk tegen de wind in kan zeilen. Dit werkt, want als bij het aanbreken van de nieuwe dag de wind opsteekt naderen een viertal schepen uit Zamp. Zij zijn veel primitiever getuigd, en hoewel het schip maar een lompe koopvaarder is wint het wel langzaam terrein op zijn achtervolgers.
Na een paar uur op die manier terein te hebben gewonnen zijn de tegenstanders bijna uit zicht verdwenen. Even na het middaguur gaat de wind opeens liggen. De groep kijkt verbaasd om zich heen of ze kunnen ontdekken waarom dit gebeurd. Ze zien in de verte te vier schepen naderbij komen. Deze worden geroeid en hebben daarom geen last van de windstilte. Tegelijkertijd zien ze een groene gestalte zwevend in de lucht naderbij komen. De gestalte blijkt een groene magier te zijn. Hij blijft net buiten het schootsbereik van de bemanning boven het schip zweven totdat de vier achtervolgers vlakbij zijn.
Met een holle stem stelt de groene magier zich voor als Magister Gresman de Geweldige. Hij is hier gekomen om de Heks te arresteren. Als deze zich niet over geeft zal hij de rest van het gezelschap de een na de ander doden. De Heks merkt op dat ze zich dit keer zal verzetten. Gresman merkt op dat al sinds eeuwen geen kleurloze magier het meer van een meester van een van de kleuren heeft gewonnen. De heks reageert hier op met "maar jij, Gresman de geweldige, bent geen meester van een van de kleuren". Gresman schiet vervolgens een sterke vuurbol op het schip af en een van de masten gaat in vlammen op. de matroos die zich in deze mast had verscholen overleeft dit niet. De Heks reageert hier getergd op, zegt dat ze zich niet nog eens op die manier wil laten pakken, verandert in een grote vogel en valt Gresman aan. Terwijl zich boven hen een groot gevecht tussen twee magiers afspeelt bereidt de groep zich op de enterpartij voor.

De groep vecht tegen een overmacht van 2 staat tot 1, maar heeft ook een paar voordelen. De vier schepen van de tegenstanders slagen er niet in hun aanval zo goed te coordineren dat ze precies tegelijkertijd aanleggen. De groep heeft bovendien het voordeel van een hogere positie en de dekking van het scheepsboord. De personages besluiten zich te verdelen over de landingsplaats van het eerste en tweede schip van de tegenpartij. De eerste groep vijanden wordt vrij gemakkelijk tegen gehouden. Ze komen niet aan boord en lopen behoorlijke verwondingen op.

Terwijl de lucht boven hen dondert van het geweld van het gevecht tussen de twee magiers vangt de groep ook de tweede groep aanvallers op. Maar ze slagen er niet in om te verhinderen dat deze tweede groep wel voet aan boord kan zetten. Er zijn nu eenmaal niet zo heel veel stevige krijgers in de spelersgroep, deze kunnen niet overal tegelijkertijd zijn. Toch wordt een van de overvallers bewusteloos geslagen door William en raakt een ander stijf bevroren van een aanvalsspreuk van Fabius. Een van de aanvallers van het eerste schip besluit te proberen of hij met een grote sprong de overkant kan halen. Hij mist en valt in het water tussen de twee schepen in.

Tot dit moment had de groep spelers het gevecht goed onder controle: ze liepen af en toe eens een schram en een buil op, maar ze deelden meer uit dan ze moesten incasseren. De komst van het derde schip met tegenstanders dwingt de groep echter tot een terugtocht. Ze hebben simpelweg niet genoeg mensen om alle flanken te dekken. Hoewel er bij het eerste schip nog steeds door de overvallers wordt geincasseerd beginnen ze nu ook uit te delen: Adler krijgt met een ongelukkige treffer in de hals een fikse, maar niet gevaarlijke wond en Ilse merkt dat de met de trap naar het bovendek in de rug moeilijk vanuit haar positie terug kan trekken. Bovendien zullen ze, als ze zo blijven staan, door de komst van het vierde schip worden omsingeld. De groep besluit terug te trekken naar de versterkte brug. Helaas worden William en Jean Jaques van de rest afgesneden. Dit is niet direct een groot probleem, want geen enkele overvaller durft in zijn eentje tegen William op en Jean Jaques wordt genegeerd. Een drietal overvallers waagt de sprong, maar slechts een van de drie weet echt aan boord van het schip te komen.

Op het eind van het gevecht nemen de overvallers het middenschip over. De groep trekt zich terug op de brug en de boeg. Rond deze tijd valt er een verkoold lichaam op het dek. Het is Magister Gresman de geweldige. Het gevecht raakt een impasse. De overvallers hebben nu weliswaar nog steeds een numerieke overmacht, maar ze hebben behoorlijke verliezen geleden en boven hen zweeft een weliswaar aangeslagen, maar misschien nog niet uitgeputte heks in vogelgedaante. Die heks heeft net een magier van de rang van magister verslagen, en dat viel de overvallers toch wel tegen. Dat was niet ingecalculeerd. Na overleg besluiten de overvallers terug te trekken en de groep verder met rust te laten.
Het schip wordt zo goed als het kan gerepareerd. Na nog een paar dagen varen legt het schip veilig aan in de stad Ravenach. Terwijl de groep van boord gaat wordt ze staande gehouden door een groep onder leiding van de oude Meester Magier Izaak. De heks zucht iets van "he nee, niet een meester magier. Nu vooruit, als ik hier ook tegen moet vechten..." en is heel verbaasd als Izaak haar uitnodigd voor een gezellig etentje. Met haar mond vol tanden mompelt ze iets als "nou okee, vooruit dan maar".
Selide vindt onderdak in een klooster dat gewijd is aan de verbrandde perkamentrol. Een onduidelijke orde waar veel dames van adelijke komaf in zitten. BIj de poort aangekomen geeft ze alle personages en Sigrid hun loon (500 zilverdaalders aan juwelen per persoon). In principe zit de opdracht waarvoor de personages zijn ingehuurd er op. Selinde heeft een kans om uit te rusten van alle emoties en ellende van de laatste maand. De spelers hebben een kans om hun personage uit eigen initiatief wat te laten doen.
Ravenach is een stad, gebouwd op een paar kliffen aan weerszijden van een waterval. Het is een centrale stad in een mensenrijk waar het nodige te beleven valt. Voor mensen met geld is het er goed toeven. De komende tijd zullen de spelers hun personages waarschijnlijk in de buurt van Ravenach laten bivakkeren.