De magiersacademie (Situatie voor de overvan van 3 november 330)
De academie van vrije magiers in Golwerd speelt een belangrijke rol voor alle magiers in de Voormark. Het is de enige plaats waar nieuwe magiers worden opgeleid zonder dat ze aan een vast dienstverband of een vaste orde zijn gebonden. Het bestaan van de vrije academie is tegelijkertijd een bedreiging voor de zelfstandigheid van Golwerd als een van de reden waarom buitenstaanders graag zouden willen ingrijpen; vrije magiers zijn namelijk potentieel nuttige bondgenoten, maar velen buiten de grenzen hebben iets tegen vrije magiers.
De academie is gevestigd op een terrein van zo'n 20 hectare, ommuurd door een stenen muur en gelegen op een heuvel. Het complex is van kilometers afstand te zien, ook al is het niet gebouwd om verdedigd te worden. Op het terrein staan een twaalftal grotere gebouwen en vele tientallen kleinere. Er zijn grasvelden, vijvers, verharde paden en lantaarns welke s'nachts ontstoken worden. De meeste gebouwen zijn twee of drie verdiepingen hoog. Ze zijn uitgevoerd in een mengeling van "modern" en "ouderwets": veel vakwerk muren, maar ook veel grote kozijnen en veel glas-in-lood ramen. Op zich zou men niet zou gauw opmerken dat er hier magiers worden opgeleid, het geheel heeft de sfeer van een ouderwetse aardse universiteit als Cambridge. .
Op het terrein van de academie wonen zo'n 50 leraren, 200 studenten en 150 man personeel. De rijkere leraren wonen in eigen woningen, de meeste personeelsleden en studenten wonen in een van de grotere huizen op het terrein, maar er komen vaak mensen van buiten en ook een deel van het personeel woont niet op het terrein zelf. Gemiddeld zijn er iedere dag zo'n 500 mensen actief op het terrein. Aan de voet van de heuvel staan een aantal goed uitgeruste boerderijen en pakhuizen, maar men van allerlei diensten voor de academie verricht. Bij elkaar is het zo druk als in een stevig dorp of klein stadje.
De academie is georganiseerd langs elf van de twaalf magische vaardigheden. Ieder van hen vormt een "school" of faculteit onderleiding van een Meester, met als "primus inter pares" de Grootmeester welke over de faculteit "toveren" gaat. De vaardigheid Golem heeft geen eigen faculteit, maar valt onder "oproepen". Ieder van de meesters heeft een aantal "lectors" onder zich en wat verder personeel voor hand- en spandiensten en enkele tot vele tientallen studenten. De lectors doen meestal het meeste het werk aangezien de meesters vaak afwezig zijn. De feitelijke leiding van een facuteit wordt meestal uitgeoefend door de hoogste lector, de lector Primus. Er is een behoorlijke rivaliteit tussen de verschillende faculteiten en hun studenten, wat in het verleden wel eens tot problemen heeft geleid.
Carriere van een magier binnen de academie.
De leerlingen van de vrije academie komen uit alle windstreken. De meeste leerlingen worden op jonge leeftijd door een Meester uitgenodigd om naar de academie te komen. Maar het is ook mogelijk om hier op eigen initiatief naar toe te gaan. Niet iedereen wordt zo maar toegelaten. De school stelt een bepaald minimum aan talent verplicht en wijst ook leerlingen af welke niet helemaal de "juiste mentaliteit" hebben. Dit laatste wil niet zeggen dat ze allemaal goedaardige softies zijn, maar het heeft alles te maken met de manier waarop de nieuwe leerling zich gedraagt naar normale mensen.
De belangrijkste eis is dat de leerling een mentor moet weten te vinden. Dit is meer dan iemand die hem of haar goede raad geeft: de mentor stelt zich min of meer verantwoordelijk voor het goede gedrag van de leerling, betaalt de onkosten van de studie en houdt de leerling ook na zijn studie een lange tijd in de gaten.
In de praktijk wordt een nieuwe leerling meestal toegewezen aan een van de lectoren, als hij nog erg jong of onervaren is. Komt hij van buiten of is hij al wat ouder, dan valt hij onder de lector Primus van de faculteit of direct onder de Meester.
Normaal blijft een leerling tot zijn volwassenheid aan de school verbonden. Een leerling welke een bepaalde vaardigheid bereikt krijg de titel van "Adept".
Zij die dit niet halen worden heengezonden maar zullen nooit verder worden opgeleid door de academie. De Adepten krijgen die mogelijkheid wel, al vallen ze vanaf dat moment onder rechtstreekse verantwoordelijkheid van de Meester van hun faculteit. Adepten op hun beurt kunnen de titel van "Magister" krijgen bij het tonen van een beheersing van voldoende formaat. Vanaf dat moment geoorzamen ze enkel aan de Grootmeester.
Er zijn veel meer magiers buiten de academie dan binnen de academie: afgestudeerde studenten, gesjeesde studenten, Magiers welke prive door andere magiers zijn opgeleid en magiers welke behoren bij een van de "gesloten" magiersorden. Voor vrijwel iedereen is de academie een ontmoetingsplaats, waar ze rustig over hun vak kunnen praten met gelijken. Het is ook een plaats waar erg veel kennis te vinden is, plus de laatse roddels. Er zijn zelfs magiers van buiten die af en toe optreden als "gastdocent". Er zijn magiers welke de hele vrije magiersacademie het liefst met de grond gelijk zouden willen maken, maar dit zijn uitzonderingen. De meeste magiers zijn "techneut"genoeg om af en toe eens een goed gesprek met een andere magier te kunnen waarderen.
Geschiedenis van de academie.
De academie is op zich al eeuwen oud, zo oud dat de mensen zich de oprichting kunnen herinneren. Maar in zijn huidige vorm is de academie slechts zo'n goede 20 jaar oud. Van oorspong was de academie een plaats waar de Arnyaquini (withuiden) die magiers hun opleiding gaven welke meer dan alleen telepathie beheersten. Er waren vier stromingen: naast telepathie waren dit Illusies, Telekinese en Witte magie. Andere vormen van magie kwamen onder het volk bijna niet voor. Aangezien de Arnyaquini zich niet zo met de rest van de Voormark bezig hielden en er in dit gebied toch alleen maar Arnyaquini woonden had niemand iets tegen het bestaan van de academie.
Buiten het gebied van de Arnyaquini werden jonge, opkomende magiers ingelijfd bij het officiele Keizerlijke magiersgilde (wat zich ook nooit ergens mee bemoeide), vervolgd door de inquisitie of opgeleid door magiers die heeeeel ver van de rest van de mensheid in de wildernis woonden. Iedereen vond dat een goede regeling, behalve de vrije magiers natuurlijk.
In het jaar 216 vielen de trollen binnen en veranderde de wereld. De Arnaquini verloren 95% van hun aantal en 99% van hun magiers en grote delen van het land kwamen leeg te staan. De academie verviel tot een ruine met een enkele Meester en een handvol leerlingen. In het jaar 306 werd die leraar benaderd door een groep zelfstandige magiers, twee jaar later opende de academie zijn poorten voor alle rassen en kwamen er enkele tientallen nieuwe leerlingen van buiten. Sinds die tijd is de academie tegen de verdrukking in gegroeid. Want er waren wel problemen.
De eerste test kwam in het jaar 310. Niet iedereen was blij met zo iets als een vrije magiersacademie. De koning van Hirado kreeg van de geestelijkheid het advies om deze school plat te gooien en zond een sterke krijgsmacht deze kant op, dwars door het gebied waar ook de stad Grendel en de koning van Magon aanspraak op maakten. Dit leidde bijna tot een grote veldslag. Een plaatselijke nobele (de vader van de huidige graaf van Maling) wist te bemiddelen voor dat het echt uit de hand liep. Het resultaat was dat de status van de academie, samen met de vrijheid van Golwerd, werd erkend door beide machtige buurrijken. Vanaf dat moment groeide de academie vrij snel.
Een tweede test kwam in het jaar 316. De eerste Adepten waren inmiddels afgestudeerd. Steeds meer magiers slaagden er in een goede boterham te verdienen door in dienst te treden bij machtige heersers binnen de koninkrijken Magon en Grenwold. Het was onder de adel zelfs mode om zijn gasten te vermaken met "de hofmagier" en een zaak van prestige om de beste in dienst te hebben. Dit leide tot conflicten tussen magiers onderling en tussen afgestudeerde magiers en hun meesters.
In het jaar 320 kwamen de meesters van de academie er achter dat voormalige leerlingen in het geheim hun eigen opleidingen waren gestart. Opleidingen welke toegankelijk waren voor iedereen die dat wilde betalen. En opleidingen waar men wat minder hoge regels en idealen had als op de academie zelf. De leiding van de academie reageerde zwak, maar ze werden gedwongen hard op te treden een groep magiers uit Magon zich met allerlei demonische rituelen ging bemoeien. Quarlestin, toenmalig Meester van Witte magie, Menores, de collega van Oproepen en Meester Illusionist Alward leidden een onderzoek naar wat er aan de hand was. Er werden beschuldigingen geuit. De academie startte een onderzoek en roep een groot aantal ex-leerlingen op het matje. De uitkomsten van het onderzoek zijn nooit allemaal naar buiten gebracht, maar een aantal lectoren verloren hun baan en sommige (ex-) leerlingen verloren hun gave om magie te gebruiken. (Hoe men dat deed is nog steeds een raadsel wat alleen bij de oudste Meesters bekend is). Het onderzoek bracht een uitgebreide organisatie aan het licht met veel aanhangers onder de toen populaire faculteiten (creatie, oproepen, illusie) een eigen leiding en allerlei duistere praktijken.
Men wist niet iedereen te pakken te krijgen. Voor een deel omdat men niet wist wie men wel en wie men niet kon vertrouwen, , maar voor een ander deel omdat de Meesters zelf verdeeld waren hoe hard er op moest worden getreden. De afvallige magiers besloten niet langer af te wachten en overvielen in 322 de academie. Zij roofden kostbare uitrusting en ontvoerden leerlingen en lectors. Meesters Alward en Quarlestin werden gedood, meester Menores verdween en een grote groep huurlingen trokken rovend en plunderend rond over het terrein. De over gebleven Lectors en Meesters wisten met moeite de orde te herstellen, maar sloegen hard terug toen alle overlevende Meesters zich verzamelden. Dit liet littekens na in de organisatie welke nog niet helemaal zijn genezen en veranderde de sfeer op en de organisatie van de Academie voorgoed.
Op dit moment is de academie voller dan ooit. Maar er zijn dreigingen op de achtergrond. De conflicten van 322 werken nog steeds na, want niet alle renegaten zijn toen gearresteerd. Het prestige wat de vrije academie ooit had is een stuk verminderd. In Hirado fluistert men dat het misschien tijd wordt om de academie maar op te laten doeken. In Magon vindt de adel het niet leuk dat hun eigen magiers bedreigt worden door een groep magiers, waarop men geen invloed heeft. En dan zijn er ook nog andere dreigingen van een bovennatuurlijke aard: sommige demonen welke de renegaten hebben opgeroepen lopen nog steeds rond en spelen hun eigen spel.
De faculteiten en hun meesters
A: Creatie
Creatie is een hippe, dynamische en populaire faculteit. En ook ietwat chaotisch. Ze verkeert in deze staat sinds de laatste meester van Creatie twee jaar geleden overleed. De man verkeerde in goede gezondheid, was knap, getalenteerd en mysterieus. Hij was een van de oorspronkelijke meesters van de heroprichting in 310 en een van de meest vooraanstaande en langst zittende meesters van de academie. Hij liet erg veel over aan zijn lectoren. Maar drie jaar geleden verdween hij plotseling, na een studiereis. Men zegt dat hij verdwaald is op een ander realiteitscontinuum, dat hij veranderd is in een demon of dat iemand hem vergiftigd heeft. Hij was nogal op zichzelf en op zich even mysterieus als zijn naam ("zwartmasker").
Zijn opvolgster Dageraad is persoonlijk gevraagd door de Grootmeester Nauorinam om de functie van Meester over te nemen. Zij heeft weinig gezag op de faculteit en daarbuiten en is vaak elders. Ze heeft moeite haar gezag over de leerlingen en lectors te doen gelden.
B: Disjunctie
Een van de kleinste faculteiten: maar weinig leerlingen vinden dit interessant hoewel het voor velen een bijvak is.
Er was tot het jaar 323 zelfs in het geheel geen faculteit Disjunctie, het viel onder de faculteit Toveren tot de conflicten tussen de magiers iedereen er weer eens op wees dat het ook nuttig is om magie weer op te kunnen heffen. De Meester van Disjunctie is Sammael de Ontkenner. Hij is aangetrokken op advies van Bisschop Petrarchus van Grendel. Sammael is zwijgzaam, zachtaardig en heeft geen vijanden. Het is de beste docent van de hele academie. Zijn afkomst is totaal onbekend. Vragen naar zijn motieven of achtergrond beantwoord hij niet. Hij is maar een dag per week op de academie te vinden.
(Golem)
Deze vaardigheid heeft geen eigen faculteit en heeft dit ook nooit gehad. De kerk heeft het niet zo op met deze soort van magie. Dit geldt ook voor bijvoorbeeld Zwarte en Witte magie, maar in tegenstelling tot deze vormen van magie had Golem geen promotor, organisator of macht buiten de academie die het belang van deze vaardigheid benadrukt. Met de komst van meester Fidantilus is dat veranderd, maar in de praktijk valt zij onder de faculteit Oproepen. Fidantilus is al Meester Oproeper en heeft geen zin om te moeten kiezen tussen twee faculteiten. Dus komt er geen aparte faculteit Golem.
C:
Illusie
De kunst van het Droomweven, zoals het ook genoemd wordt, is populair maar heeft met het conflict in 322 een forse deuk gehad. De toenmalige meester van Illusies overleed tijdens de conflicten. Haar verlies kon niet zo gemakkelijk worden opgevangen.
Haar uiteindelijke opvolger Mnenosinee is een elf-achtige schone welke een tijd lang als gast op de academie verbleef. Ze is benaderd door de overlevende lectoren van de faculteit en lijkt nog vrij jong voor haar titel. Maar ja, illusies he? Een jaar of 30?? misschien is het wel een ontzettend lelijk oud wijf dat erg goed is in illusies. Haar vader was ooit een populaire gastdocent aan de faculteit der Teleportatie. Zegt men.
D: Oproepen
Oproepen is niet erg populair meer. Dat was vroeger anders: ooit was dit de populairste faculteit. Veel oproepers behoorden in 322 bij de "andere kant". Een groot deel van de oproepers is omgekomen in het conflict, soms met hun (wereldlijke) werkgever. Een leerling-oproeper weet dat hij waarschijnlijk niet zo snel aan een bona fide werkgever kan komen en dit houdt het aantal leerlingen laag. Meester Fidantilus is pas sinds 322 aan de academie verbonden. Hij was uitgenodigt door Meesters Ben-Eilon en Daldaan de Grijze. Fidantilus is een grote knutselaar welke ook van technologie houdt. Hierdoor is de helft van de faculteit in gebruik als een soort van werkplaats en zijn veel van de lectoren in werkelijkheid niet meer dan hele goede ambachtslieden met rare ideeen.
Fidantilus is capabel, joviaal, vriendschappelijk en het perfecte middel om de zwarte reputatie van deze faculteit wat op te krikken. Maar men zegt ook dat hij een duister geheim verbergt.
Hij is ook een zeer begenadigd maker van Golems.
Mnenosine van Illusies heeft een hekel aan hem, om onduidelijke redenen.
E: Telekinese
Samen met Creatie en Illusie is Telekinese de meest populaire faculteit. Omdat het zo handig is. Omdat het cool staat. En omdat je zo gemakkelijk aan een baan kunt komen. Meester Henderch is al sinds 320 aan de academie verbonden, op uitnodiging van Avinyara. Hij komt van oorsprong uit het verre zuiden en is van het Aevendi-ras. Hoewel hij niet de sterkste van de magiers is, compenseert hij dit met veel achtergrondkennis en vele relaties. Hij is extreem veelzijdig: kunstenaar, artiest, schoonschrijver en alchimist.
En vrouwenversierder. Het is een van de meesters die vrijwel altijd op het terrein te vinden is.
F: Telepathie
Telepathie is een gemiddelde faculteit, niet zo populair als bijvoorbeeld Creatie maar meer dan bijvoorbeeld Zwarte magie of Disjunctie. Telepathie is de oudste van alle faculteiten, ze bestaat al sinds de oprichting van de academie aangezien deze vorm onder de Arnyaquini erg veel voorkomt. Nog steeds zijn de meeste leeringen van de faculteit van hun ras. Meester telepaat Marcombe is met 30 dienstjaren en 90 jaar de oudste meester van de academie. Hij komt oorspronkelijk niet van de voormark. Hij was ooit grootmeester en heeft een grote rol gespeeld bij de oprichting van de academie "nieuwe stijl", 20 jaar geleden. Hij is waarschijnlijk de minst getalenteerde van de meesters. Maar wel degene met de meeste levenservaring.
G: Teleportatie
Te moeilijk, te beperkt en niet "cool". Teleportatie moet het al 20 jaar doen met gastdocenten, welke op uitnodiging van Avinyara of Nauorinam een paar jaar aan de academie verblijven: Rachman, Uziel, Nebamun, Esther de Witte, opnieuw Nebamun, Timur, voor de derde keer Nebamun, Lothan en het afgelopen jaar Terangel. Ze hebben de titel een paar jaar en worden dan weer opgevolgd. In de praktijk doet de enige lector "Zimmis" de bulk van het werk.
Het faculteitsgebouw van Teleportatie is de plaats van een achttal permanente portalen, waarvan een naar Golwerd (de hoofdstad) en een naar Gerigal (de woonplaats van Meester Avinyara). Om deze redenen wonen nogal wat medewerkers in deze twee plaatsen. Niet alle portalen zijn vrij te gebruiken. Geen van hen mag worden gebruikt zonder toestemming van een Meester, sommigen mogen alleen worden gebruikt door lectoren.
H: Toveren
De faculteit Toveren is nogal bijzonder: er zijn geen studenten aan verbonden, tegelijkertijd volgen alle studenten er onderwijs en zijn er meer medewerkers aan deze faculteit verbonden dan aan welke andere dan ook. De leider van deze faculteit is meteen de leider van de academie als zodanig. Naurinam de Blauwe maakt deel uit van de orde van de Blauwe magiers, een orde die oorspronkelijk van over zee komt. Hij is van het Woldenzenvolk, twintig jaar geleden gezonden om een rol te spelen bij de opbouw van de academie op uitnodiging van vrouwe Avinyara. Hij heeft aan het bestuur van de faculteit en de academie een volle dagtaak. Hij is eerder een bureaucraat dan een machttig magier. Hoewel hij niet de sterkste van alle magiers is, geniet hij wel de onvoorwaardelijke steun van alle andere meesters. Hij heeft de reputaite een groot magier te zijn, maar dit is meer het gevolg van de erkenning die hij bij zijn collega's heeft. Hij wordt al een dagje ouder en traint op dit moment zijn beoogd opvolger.
I: Vormverandering
De vergaarbak van veel dat afwijkend en vreemd is. Onder deze faculteit vallen nogal wat leerlingen en medewerkers welke niet helemaal menselijk zijn, maar ook vorm verandering beheersen. Aangezien men hier veel ervaring met het vreemde heeft, en een tolerante Meester, komen half-demonen, weerwezens en andere wezens met rare talenten meestal hier terecht.
Het is geen faculteit welke populair is bij leerlingen die het voorhet uitkiezen hebben, maar toch zijn er nogal wat leerlingen. Veel van hen zijn opgepikt door andere magiers en deels "te vondeling" bij de academie gelegd. Alles wat niet onder een andere faculteit valt komt uiteindelijk hier terecht.
Meesteres Avinyara is oorspronkelijk op uitnodiging van Sochott Ben-Eilon lerares op de academie geworden. Ze is de meest diplomatieke van de Meesters en gebruikt bijna nooit magie in het bijzijn van niet-magiers. Hierdoor wordt ze nogal onderschat. Ze is van het Woldenzenras en weduwe van een plaatselijke nobele. Haar beide kinderen zijn leerling van de academie geweest.
J: Witte magie
Witte magie werd ook door de Arnyaquini beoefend. Maar met alle beperkingen van witte magie is dit nooit een populaire faculteit geworden. De moord op de Meester van witte magie in 322 vormde het dieptepunt in de conflicten uit die tijd. Het was moeilijk om een opvolger voor hem te vinden. Een paar jaar leidde de faculteit zelfs een slapend bestaan bij gebrek aan een Meester. Uiteidelijk werd er een gevonden in de vorm van een zekere Mordicones, een Woldenzische monnik van een orde overzee, welke bereid werd gevonden om de overlevende leerlingen bij te staan. Of liever: hij werd gezonden door het hoofd van zijn orde, welke een bekende van Avinyara was. Hij is de zwakste van de Meesters. Maar hij heeft de steun van zijn orde en kan rekenen op de steun van machtige bondgenoten. Hij is een van de Meesters welke altijd op of vlakbij het terrein te vinden is. Hij heeft een tempel in het stadje Gerigal en staat erg kritisch tegenover de faculteit der
Z: Zwarte magie
Zwarte magie is al sinds 310 het domein van Sochott Ben-Eilon. Een Aevendi-magier uit het Keizerrijk, lid van het magiersgilde en de sterkste magier welke in de Voormark algemeen bekend is. Hij is kritisch op zijn leerlingen, selectief in wie hij aanneemt en afstandelijk. Hij laat vrijwel al het echte werk over aan zijn lectors, welke zonder uitzondering ex-leerlingen van de academie zijn. Zelf is hij er vrijwel nooit.
De hardheid van de faculteit heeft een merkwaardig soort aantrekkingskracht op leerlingen. Een hard werkende, talentvolle leerling in de zwarte magie kan ver komen. Ze wijzen er op dat ondanks de slechte reputatie van het vak het niet Zwarte magie was, welke de oorzaak voor de ongeregeldheden in 322 vormde.
De motieven van Sochott Ben-Eilon zijn ieder een raadsel. Hij was volgens velen de initiatief nemer voor de Vrije academie, maar waarom? hij behoort toch al tot een andere magiersorganisatie? Hij staat bekend om zijn ongezouten kritiek op zijn collega's. Zoals:
Avinyara is nuttig, op een bepaalde manier. Geen echte magier van niveau, helaas....
Dageraad is het bewijs dat je met hard dingen opblazen nog geen echte magier bent. Ik mocht haar voorganger beter. Dat was tenminste een man van subtiliteit.
Fidantilus: Amateur. Maar een amateur met ambitie. Dat zijn de gevaarlijksten.
Henderch: Flim-Flam magier. Leer een vak.
Marcombe: Zijn tijd is geweest.
Moridicones is een lichtgewicht die hier eigenlijk niets te zoeken heeft. Als hij eens goede studenten heeft, weten ze al snel weer een of ander vaag ideaal te vinden om achteraan te hollen. In de regel loopt dat verkeerd af. Dus is hierin investeren een verkwisting van capaciteit.
Mnenosine: teert op pappa's roem en mamma's talent. Ornament.
Naourinam is een bureaucraat. Dat noemen ze noodzakelijk kwaad. Ik kan dat wel plaatsen. Net zo iets als zwarte magie.
Sammael: Moet ik daar een mening over hebben? .....
Zimmis: gebrek aan ambitie is dodelijk voor een magier. Ga heen. Stoor me niet.
Vrienden en vijanden van de Academie.
Met alle belangen waarmee de academie te maken heeft is het niet te vermijden dat de academie veel vijanden heeft, maar ook een aantal belangrijke vrienden.
Iedereen welke het Koninkrijk Golwerd een warm hart toedraagt, steunt daarmee ook de Academie. Hiertoe behoren een aantal handelshuizen, de vrije steden van Rendarc en de orde van Feron. De magiers van de Academie vormen een belangrijke steunpilaar van Golwerd, aangezien buiten de trollen geen enkel koninkrijk over zo veel en zo veel capabele magiers kan beschikken. In ruil daarvoor zorgt Golwerd voor bewaking van de academie en voor de internationale status van de magiers. De Keuzekoning van Golwerd doet vaak een beroep op de Academie, zelden tevergeefs.
Een andere steunpilaar wordt vreemd genoeg gevormd door de de Inquisitie van Hirado.. Dit lijkt aanvankelijk wat vreemd, maar het wordt veroorzaakt door de reactie van de Academie op de onlusten van 322.
De overval van 3 november 330
De gebeurtenissen van 3 november 330 betekenen voor de academie een grote verandering. Veel van de leraren, studenten en het personeel zijn verdwenen, wat er over is gebleven is verspreid geraakt over de koninkrijken of houdt zich verstopt.
Achteraf was het eerste teken dat er wat aan de hand was, het vertrek van grootmeester Nauorinam de blauwe. Hij liet al zijn bagage op een boot brengen en ging er gewoon vandoor. Zonder opvolger aan te wijzen en zonder een andere verklaring te geven dan "mijn werk zit er op". Hij liet zijn collega's nogal verbijsterd achter. De meesters kwamen in de avond van 28 oktober bijeen om er over te vergaderen, maar er werd niets gedaan. Men kon het duidelijk niet eens worden over wat er zou moeten worden gedaan.
Marcombe de telepaat trok hieruit al snel de conclusie dat "het einde kwam". Hij gaf bevel een portaal te openen en vertrok met de helft van zijn leerlingen door het portaal. De andere helft besloot voorlopig toch maar te blijven, maar na een dag kwamen ze er achter dat het portaal van de andere kant af geblokkeerd werd en dat het volgen van Marcombe niet meer mogelijk was.
De meesters probeerden nog wel de eenheid te bewaren. Vanuit de hoofdstad werden extra manschappen overgebracht en er werd een avondklok ingesteld. De faculteit Toverkunst werd verzegeld, tot het moment dat de Keuze koning een vervanger aan zou kunnen wijzen. Maar de meningen liepen uiteen over wie die vervanger dan zou moeten zijn. Om paniek te voorkomen besloten de wachters van de academie het beheer over de portaalhal over te nemen, zodat ze tenminste enige controle over het komen en gaan van vreemdelingen konden krijgen.
En toen verdween het grootste deel van de faculteit der Illusies, inclusief de meester, de inhoud van het laboratorium en het overgrote deel van de leerlingen. Alleen een leegstaand gebouw bleef over. De wachters startten een onderzoek, maar wisten zo gauw niets te vinden. De illusionisten waren in ieder geval niet via de portaalhal verdwenen, dus men ging er van uit dat ze nog in de buurt moesten zijn.
De chaos brak pas echt uit toen de werkplaatsen van de faculteit der Oproeping met een grote knal de lucht in vlogen. De meester van oproeping was nergens te vinden en men vreesde al snel het ergste. Allerlei magische constructies, golems en opgeroepen wezens liepen rond over het terrein, de wachters en medewerkers hadden hun handen vol om het allemaal onder controle te houden. Men slaagde er in ieder geval in om de chaos te beperken tot het terrein van de werkplaats.
Wat er daarna gebeurde is niet helemaal duidelijk, er gebeurden verschillende dingen op hetzelfde moment. Om een of andere manier verloren de wachter de controle over de Portaalhal aan een groep indringers. Er werd gevochten
tussen de wachters op het terrein en de indringers. Ook enkele van de magiers probeerden zich met het gevecht te bemoeien, maar het merendeel nam zo snel mogelijk de benen.